De snelste kunst ter wereld
Het is een koude zaterdagmorgen. Mijn vriendin en ik staan in het transformatorhuis van de Wester Gasfabriek. Het is de inname dag van ‘zomer expo’, een wedstrijd voor kunstenaars met als hoofdprijs exposeren in het Haags Gemeentemuseum. De wedstrijd en de voorronde komen ook op tv.
We zijn niet alleen. Honderden kunstenaars van allerlei pluimage (maar vooral vrouwen, valt me op) wagen het er op. Mijn vriendin heeft een tekening uitgezocht waarvan ik zeker ben dat het een goede kans maakt.
Het werk van mijn vriendin bevat veel detail en ik kan hier naar blijven kijken en nieuwe dingen ontdekken. Ik zeg dit overigens niet alleen omdat ze mijn vriendin is, maar het zal moeilijk zijn om je van mijn objectiviteit te overtuigen. Ik zou zeggen, neem een kijkje op haar site en bepaal zelf wat je er van vindt.
Maar goed, we staan in de rij, waar een aantal vrijwilligers geduldig de kunstwerken een voor een registreren en de kunstenaars een registratiesticker geven. Door de massaliteit, de enorme rijen en de onmiskenbare variatie in het aanbod (van regelrechte Mondriaan kopie tot abstract gepolijst ‘dinges’) kan ik het niet nalaten om de muziek van ‘Tussen Kunst en Kitsch’ te fluiten.
Na de registratie mogen we aansluiten bij de definitieve rij. Een voor een mogen de kunstenaars hun werk aan iemand met witte handschoentjes overhandigen. De jurering gaat anoniem, dus deze vindt plaats achter een zwart gordijn. Mijn vriendin is aan de beurt en geeft haar tekening uit handen aan een vriendelijk meisje.
“U mag aan het einde van het gordijn op uw werk wachten, dan hoort u meteen of uw werk door is naar de volgende ronde.”
We lopen wat nerveus naar de aangegeven plek, zo’n tien meter verderop. Als we aankomen, staat tot mijn verbazing een man op ons te wachten met de tekening in zijn handen.
“Helaas,” zegt hij terwijl hij het overhandigt.
Ik kijk achterom en zie de plek waar we de tekening hebben afgegeven en besef dat de hele jurering niet meer dan vijf seconden kan hebben geduurd. Sterker nog, er moet iemand flink hebben gerend om de tekening eerder bij de uitgang te krijgen dan wij.
Mijn vriendin is, net als ik, wat verbouwereerd. Niet zozeer vanwege de afwijzing, want dat is nu eenmaal onderdeel van een wedstrijd. Maar we hadden beiden toch een supersonische knal verwacht als een tekening sneller dan het geluid langs een anonieme jury vliegt.
We verzinnen theorieën over wat er achter het zwarte doek heeft plaatsgevonden. Is de jurering misschien niet alleen anoniem maar ook blind? Zit de jury om die reden in een lichtdichte ruimte, ergens in Zuid-Frankrijk om op gezette tijden een bordje omhoog te houden? Of staat er ergens een computergestuurde kunstscanner waar, net als in de supermarkt, alles even langs gebliept wordt, met een kleine kans op groen licht? Misschien bestaat de jury uit Bert Visscher en Jochem Meyer, die beiden flink koffie drinkend “Sneller! Sneller!” roepen naar de voorbij racende kunst parade. We komen er niet uit.
De teleurstelling is door deze verbazing gelukkig snel voorbij. We maken er nog een leuk dagje Amsterdam van. Maar als deze voorronde en de rest van de wedstrijd op tv komen zullen we zeker kijken om eindelijk dat mysterie van het zwarte gordijn te ontraadselen.