Hoe ik verlichting vond in de Ikea
Met een groot gevoel van opluchting rijd ik in de richting van Amersfoort. Want tot mijn grote vreugde weet ik wat ik voor cadeau ik voor mijn vriendin ga kopen. Dit is belangrijk. Mijn vriendin is notoir moeilijk om een kerstgeschenk voor te vinden. Vergeleken daarbij is het zoeken naar de Higgs boson een makkie: het enige wat ze daar voor nodig hebben is een deeltjesversneller van een paar miljard.
Het is om die reden dat ik daadwerkelijk vrolijk naar de Ikea rijd. Mijn vriendin had namelijk aan mij verteld wat ze wilde: een bepaald type lamp. Joechei!
Vanaf de snelweg zie ik Ikea. Even twijfel ik over de afslag. Dat had ik beter niet kunnen doen, want plots is het duidelijk dat ik wel degelijk Amersfoort Noord had moeten nemen. Dan maar bij de volgende er af. Borden wijzen richting industrieterrein. Hoe moeilijk kan dit zijn? Ik zet mijn iPhone aan als navigatie, en deze leidt mij feilloos een doodlopende straat in.
Vragen dan maar. Vrouw met hond stuurt me de snelweg weer op. Helaas de verkeerde kant op, maar dat geeft niet. Jammer alleen dat ik pas 10 kilometer verderop kan keren. Ik accepteer dit. Ik ben een man met een missie. En die missie is jouw lamp.
Volgende afslag, keren, en deze keer wel de juiste afrit. Auto parkeren, uitstappen en de trap op.
Ik kom dus op de eerste verdieping van de Ikea aan. Dit is belangrijk. Mijn auto staat op de begane grond, ik ging een trap op, en dus is dat de eerste verdieping. Hier hangen twee grote blauwe plattegronden aan de muur. De linker toont de ‘begane grond’. De rechter de ‘eerste verdieping’. Op geen enkele plategrond staat ‘u bevindt zich hier’.
Van links naar rechts kijk ik. En om me heen. Daar is de voedsel afdeling die Zweedse hapjes verkoopt. De Zweedse hapjes staan niet op de kaart. Lampen wel. Die zijn op de begane grond. Maar daar staat mijn auto.
Het is interessant om vast te stellen wanneer het menselijk brein het opgeeft. Bij mij is dat precies het moment dat ik tegen de plattegronden begin te roepen:
“Waar zijn de lampen? Waar ben ik? Waarom staat nergens waar ik ben?”
Niemand geeft antwoord. Het kleine stukje ratio in mijn brein dat nog functioneert stelt vast dat de andere mensen om me heen niet reageren. Ze schrikken niet eens.
Ik zie een vrouw op de voedselafdeling die Zweedse peperkoek huisjes in een Zweedse stelling stapelt. Ze heeft een Ikea uniform. De nu volgende dialoog is geen kleurrijke overdrijving:
“Waar ben ik?” vraag ik haar, met een panische trilling in mijn stem.
“U bent bij de uitgang,” zegt ze verbaasd.
“U helpt me hier niet mee,” zeg ik.
“Waar wilt u dan zijn?” vraagt ze.
“Ik zoek de verlichting,” zeg ik, terwijl ik probeer niet te roepen.
“Dan moet u naar de begane grond,” zegt ze.
“Dat weet ik! Waar is dat!?”
“Dan moet u de trap op.”
“Maar dat is de tweede verdieping.”
“Nee dat is de eerste verdieping. Dit is de begane grond.”
“Waarom moet ik dan de trap op?”
“U moet gewoon de trap op en de borden volgen naar het restaurant op de eerste verdieping…”
“…die op de tweede verdieping is…”
“Nee dat is nog steeds de eerste verdieping. Van daar neemt u de trap naar beneden naar de begane grond.”
“Wat hier is?”
“Nee dit is de uitgang… De verlichting is op de begane grond. Die bereikt u via de eerste verdieping, waarvoor u de trap op moet en dan weer af.”
Ze lijkt verbijsterd dat ik dit zo ingewikkeld vind. Ik besluit maar niet meer te protesteren. Niemand heeft ooit verlichting gevonden door een metafysisch debat te voeren met een Ikea medewerkster. Ik ga dus naar boven, volg de borden, daal de trap af en bevind me op de begane grond. Die overduidelijk echt op de eerste verdieping is. En vind De Lamp. Het Cadeau.
Verlichting.
Eén gedachte over “ Hoe ik verlichting vond in de Ikea”
geweldig!
Daar kun je mee thuiskomen…
Reageren is niet mogelijk.